
Corneale Infiltraten
ANTWOORD C - staining van het infiltraat, pijn, afscheiding, roodheid
‘Ik zie infiltraten op de cornea: is dit een infectie?’
Witte vlekjes op de cornea kunnen corneale infiltraten zijn, maar ook oude littekentjes (macula
corneae). Het ontstaan van infiltraten is een onderdeel van het ontstekingsproces. Er dringen
ontstekingscellen de cornea binnen en ‘infiltreren’ zo het weefsel: vandaar de naam. Er zijn talrijke
veroorzakers van infiltraten: van toxische reacties tot zuurstoftekorten. Maar ook micro-organismen
kunnen infiltraten veroorzaken: men noemt het dan een infectie. Indien er géén micro-organisme in
het spel is spreekt men van steriele infiltraten.
Littekens in het corneaweefsel zijn te onderscheiden van infiltraten aan de hand van de anamnese (trauma
aan het oog, splinter of iets dergelijks in het oog gehad), de lange aanwezigheid, een volledige
afwezigheid van symptomen (met name de afwezigheid van staining of roodheid) en de locatie: littekens
zitten meestal dieper in de cornea dan infiltraten (die meestal epitheliaal of subepitheliaal voorkomen).
Bij vormstabiele zuurstofdoorlatende lenzen komen infiltraten minder vaak voor dan bij zachte lenzen. Bij
zacht extended wear lensdragen is de kans het grootst.
Steriele infiltraten zijn in principe symptoomloos. Hevige irritatie of pijn, vooral als die aanhoudt na het
uitnemen van de lens, kunnen wijzen op een infectieuze oorzaak. Hoe meer roodheid, hoe groter de kans
op een infectie. Bij steriele infiltraten is er zelden hevige roodheid. Bij een wit-gele/pussige afscheiding
moet ook rekening gehouden worden met een infectieuze oorzaak. Bij steriele infiltraten is er hoogstens
een waterige/ melkachtige afscheiding waarneembaar.
De locatie van de infiltraten is ook belangrijk: bij centrale infiltraten is de kans op een infectie een stuk
groter dan bij perifere infiltraten. Ook de diepte, vorm van de randen, de helderheid van het infiltraat en
het aantal infiltraten zijn van belang. Maar de aanwezigheid van corneale staining is waarschijnlijk wel het
meest essentieel: bij intensieve staining is de kans groot dat het een infectie betreft, bij licht diffuse
staining of afwezigheid van staining is het vermoedelijk een steriel infiltraat. Ook oedeem kan een factor
zijn: bij steriele infiltraten is het oedeem beperkt tot een klein gebied rond het infiltraat of afwezig, maar
dit is niet erg onderscheidend. Indien een micro-organisme betrokken is bij de ontstekingsreactie (een
infectie dus) kunnen er cellen in de voorste oogkamer (VOK) rondzwerven. Soms is zelfs een ophoping
daarvan – hypopyon – zichtbaar in de VOK.
In het zeldzame geval dat de oorzaak van de infiltraten microbieel is, kan het desastreuze corneale
gevolgen hebben en tot permanent visusverlies leiden, maar dit hangt sterk af van de locatie van de
aandoening op de cornea en is niet sterk onderscheidend. Maar het uitsluiten van infectieuze oorzaken is
uiteraard essentieel. Bij vermoeden van een infectie of twijfel daaromtrent op basis van het bovenstaande,
is het advies om onmiddellijk te verwijzen naar een specialist voor behandeling (niet wachten tot de
volgende dag). Verreweg de meeste infiltraten die tijdens het lensdragen ontstaan, zijn echter steriel en
dus onschuldig: ze verdwijnen vanzelf na het uithalen van de lens. Herstart het lensdragen altijd met
nieuwe lenzen. Daarnaast dient de oorzaak van het infiltraat te worden opgespoord om herhaling te
voorkomen, denk hierbij ook aan de vloeistoffen. En het antwoord op de quizvraag is dus C.
UIT DE PRAKTIJK