UIT DE PRAKTIJK

Casus dubbelbeeld en visusklacht

EIn 2007 komt een 32-jarige vrouw voor een second opinion betreffende haar
visuele klachten.

Subjectief & Objectief
Zij draagt sinds 2000 zachte maandlenzen, waarbij OS een torische lens draagt.
Sinds verandering in haar werksituatie moet zij meer eisen stellen aan haar visuele
waarneming (ze is beroepschauffeur), maar ervaart hierbij met name OS een
storend beeld. Bij haar eigen contactlensspecialist krijgt zij naar haar gevoel geen
goede oplossing geboden voor haar visusprobleem.

Bij de anamnese komt naar voren dat het draagcomfort uitermate naar wens is,
maar dat zij vanaf het starten met de zachte lenzen OS altijd al een verminderde
gezichtsscherpte heeft gehad. Dit was tot sinds kort geen storend probleem, maar
sinds haar werkzaamheden als beroepschauffeur heeft zij geconstateerd dat het
wel erg lastig is om ver vooruit te kijken en afstanden goed in te schatten. Zij komt
nu met het verzoek van een second opinion om te komen tot de mogelijke oorzaak
en oplossing van haar probleem.

Bestaande correctie naar eigen opgave:
OD        8.60        S-4.50                                     maandlens                    VOD 1.1        
OS        8.70        S-3.25 = C-2.75 as 140°         torische maandlens       VOS 0.5
(pinhole 0.8)
Passing wordt als goed beoordeeld waarbij OS geen rotatie heeft van de cilinder-as.

Refractie:
OD        S-5.00                                VOD 1.1
OS        S-4.25 = -3.00 as 140°       VOS 1.0

Deze refractiesterkte wordt in een pasbril geplaatst, waarbij direct wordt
aangegeven dat OS een dubbel en wazig beeld geeft.

Topografie
Besloten wordt om een cornea topogram ODS te maken om meer informatie te
verkrijgen van de corneae. Uit het topogram OS (zie hieronder) blijkt dat er
temporaal inferior een irregulariteit aanwezig is, wat de mogelijke reden van de
verstoorde beelden kan zijn.



















De corneale vervorming OS lijkt het beeld te geven van een Pellucid Marginal
Degeneration (het typische ‘kussende duiven patroon’).

OD geeft geen irregulariteiten. Omdat de klachten al aanwezig zijn vanaf de
aanvang van het dragen van zachte lenzen is te veronderstellen dat de
irregulariteit al aanwezig is geweest, dus mogelijk congenitaal is van aanleg.

Met de biomicroscoop wordt de cornea OS gecontroleerd en inderdaad is ter plaatse
van de irregulariteit een verdunning waarneembaar. Dit is terug te zien op de
volgende spleetlampfoto.















De aanpassing
Aan de hand van deze verkregen topografie informatie wordt besloten om OS een
post-graft Boston XO lens aan te passen om de dubbelbeelden op te lossen.
Deze lensconstructie biedt de mogelijkheid in het irregulaire gebied een vereffening
te realiseren, gebruik makend van de traanfilm, om zo een een verbetering van de
visus te verkrijgen. Ook zal het draagcomfort door de grote diameter mogelijk
positief worden beïnvloed.
































Besteld wordt: OS 7.90 S-4.50 diameter 11.00mm, post-graft Boston XO standaard
edge.


Controles
Controle bij aflevering na 20 minuten geeft de volgende resultaten:
VOS 1.0 met enkelvoudig beeld
Passing OS: inferior temporaal iets pooling
Advies: combinatie OD zacht, OS post-graft gaan dragen, waarbij OS de draagtijd
moet worden opgebouwd met 1 uur per dag. Nacontrole 1 week.

Voor onderhoud wordt besloten om voor beide lenzen dezelfde vloeistof te gaan
gebruiken, een Multipurpose vloeistof in combinatie met een reiniger geschikt voor
zachte lenzen.

Bij de 1e nacontrole is de draagtijd opgebouwd tot circa 9 uur en gaat het naar
tevredenheid. VOS 1.0cc, soms nog iets last van wazigheid. Er is geen sprake meer
van een storend dubbelbeeld en de waarneming  in het verkeer is aanzienlijk
verbeterd. Fluo-beeld geeft enige pooling inferior temporaal zonder complicaties.

Controle na 4 weken: ook tijdens deze controle blijkt dat de visusklachten onder
controle zijn en dat deze post-graft lens naar behoren werkt en een goed
draagcomfort geeft.
Mevrouw is zeer content over het advies en de oplossing die haar werden
aangeboden.
De combinatie wordt aangehouden en een halfjaarlijkse controle wordt
afgesproken, waarbij telkens een topogram gemaakt gaat worden, met het advies
bij eventuele onverhoopte klachten direct contact op te nemen. Tevens wordt
geadviseerd de post-graft lens jaarlijks te vervangen.

Bij de laatste controle juli 2009 blijkt dat de passing OS aangepast moet worden.
De huidige lens geeft een highriding en de periferie is vlak (foto 1).
Er wordt een nieuw topogram OS gemaakt, waaruit op te maken valt dat de
irregulariteit inferior temporaal veranderd is. Aan de hand van deze informatie wordt
er een paslens Rose K post-graft 7.80 diameter 11.4mm opgezet.















Het nieuwe pasbeeld  laat zien dat er een betere centrering gerealiseerd wordt.
Besloten wordt een nieuwe lens te bestellen in de parameters:

7.80 S-5.00 diameter 11.0mm Rose K post-graft Boston XO (foto 2).













Foto 1




                                                                                    Foto 2
Advies
Indien er sprake is van een visuele verstoring met dubbelbeelden of vervormde
beelden, niet enkel afgaan op de refractieve bepalingen. Door de intrede van de
corneatopografen kunnen we zoveel meer zien van wat een mogelijke oorzaak van
bepaalde visuele klachten kan zijn. Zo ook in deze casus, waarbij de irregulaire
cornea de oorzaak was van de visuele klachten. Dus maak gebruik van je
corneatopograaf bij iedere klant die voor controle komt, minstens 1x per jaar. Ik heb
in dit geval gekozen voor de Rose K post-graft lens met grote diameter om een
goede centrering te realiseren waarbij de irregulariteit wordt opgevangen. Het
voordeel van een grote lens is dat het draagcomfort positief beïnvloed wordt.
Kees Broos heeft de
optiekopleiding
Christiaan
Huygensschool gevolgd
met aansluitend de
opleidingen optometrie
en contactlensspecialist.
In 1997 heeft hij de HBO
Optometrie aan de
Hogeschool van Utrecht
afgerond. Sinds 1986 is
hij werkzaam als
contactlensspecialist en
optometrist bij  
Contactalook te
Eindhoven.
  • De perifere passing is een belangrijke factor bij een
    ingewikkelde radii en diameters, wordt bij de Rose K2 post-
    graft lens gebruik gemaakt van een edgelift-waarde om de
    beste periferie te verkrijgen. De keuze die we kunnen maken
    varieert van standaard, standaard of dubbel ‘increased of
    decreased’ (vijf mogelijkheden). Om tot een juiste receptlens
    te komen dient gebruik gemaakt te worden van een passet
    met standaard edgelift.
  • De eerste keuze BCR is afhankelijk van de verschillen in
    keratometriewaarden die gemeten worden. Voor de post-
    graft lens is de eerste BCR keuze 0.3 mm dieper dan de
    gemiddelde keratometriewaarden. Bij een juiste centrale
    passing wordt de edgelift bepaald. Ideaal is een gelijkmatige
    band van 0.5 tot 0.7 mm.
  • Door de lensdiameter te variëren kan een betere centrering
    worden verkregen (keuze mogelijkheid diameter 9.4 – 12.0
    mm), waarbij ervoor gezorgd moet worden dat de sclera niet
    geraakt wordt.